Vanuit de gedachte dat landgoederen en buitenplaatsen door een hoge belastingdruk in combinatie met de instandhoudingslasten is in 1928 de Natuurschoonwet (NSW) geïntroduceerd. Met de wet worden fiscale vrijstellingen en verminderingen geboden aan eigenaren van landgoederen en buitenplaatsen.
Overdrachtsbelasting
Voor de verkrijging van een landgoed of buitenplaats kan een beroep worden gedaan op art. 9a NSW. Hiermee wordt voorwaardelijke vrijstelling verleend voor de normaal verschuldigde overdrachtsbelasting. Voorwaardelijk betekent in deze dat het landgoed gedurende 25 jaar in stand wordt gehouden. Het mag verkocht worden, maar moet dan wel als landgoed gerangschikt blijven.
De vrijstelling is niet alleen van toepassing op bestaande landgoederen, maar kan ook worden ingeroepen voor nog te ontwikkelen landgoederen. Gezien de wijzigingen in het tarief van de overdrachtsbelasting is uw voordeel aanzienlijk.
Onroerende zaakbelasting
Landgoederen die voldoen aan de eis van minimaal 30% houtopstanden, of een combinatie van 20% houtopstanden en 50% natuurterrein, geven de eigenaar extra voordelen voor de onroerende zaakbelasting. De onbebouwde gronden, zoals tuin, erf en cultuurgrond, worden namelijk niet betrokken in de WOZ-waarde.
Vermogensrendementsheffing
Onbebouwde gronden van onder de Natuurschoonwet 1928 gerangschikte landgoederen en buitenplaatsen zijn volledig vrijgesteld van vermogensrendementsheffing (box III). Dit levert een aanzienlijk voordeel op, mede gezien het veronderstelde rendement op onroerende zaken en een belastingdruk van 30%.
Schenk- en erfbelasting
Voor de berekening van schenk- en erfbelasting ingevolge de Successiewet 1956 vormt niet de waarde in het economisch verkeer, maar de zogenaamde bestemmingswaarde de basis. Bij de waardering van deze bestemmingswaarde wordt rekening gehouden met het feit dat het landgoed gedurende 25 jaar in stand moet worden gehouden. Dit levert een waardedrukkend (depreciërend) effect op tot 40%.
Wordt een landgoed of buitenplaats geschonken of geërfd, dan bedraagt de directe heffingsgrondslag slechts 50% van deze bestemmingswaarde. Als er sprake is van een opengesteld landgoed, dan is de directe heffingsgrondslag zelfs 0% van de bestemmingswaarde, oftewel € 0,-. Er hoeft dan op het moment van schenking of vererving géén belasting te worden betaald.
Vennootschapsbelasting
Een besloten vennootschap welke kwalificeert als zogenaamde NSW-B.V. kan aanspraak maken op een volledige vrijstelling voor de vennootschapsbelasting. De werkzaamheden van deze vennootschap dienen voornamelijk te bestaan uit de instandhouding van landgoederen of buitenplaatsen als bedoeld in de Natuurschoonwet. Daarbij mogen de overige werkzaamheden van de vennootschap niet kwalificeren als het drijven van een onderneming.
De Natuurschoonwet 1928 is door de fiscale voordelen een ideaal instrument voor estate-planning en er zijn legio mogelijkheden om een maatwerktoepassing voor uw specifieke situatie te creëren. Neem gerust contact met ons op om te bespreken hoe u de Natuurschoonwet voor u kunt laten werken!